Een terugblik op de kersttoespraak van 2019 in het licht van het bewogen jaar 2020.
Ondanks de collectieve angst voor het virus, verkennen we hoe we geluk kunnen vinden zonder te streven.
Geluk is een woord dat voor ieder individu, ieder mens, een andere betekenis kan hebben. In de tekst spreekt de Koning over "streven naar." Ik laat het woord obsessie buiten beschouwing, het werkwoord "streven" was de aanleiding voor deze blog.
Immers, wanneer je streeft naar geluk, dan:
*ervaar je natuurlijk op dat moment niet dat je hebt of gelukkig bent.
En waneer je het niet hebt, bent of ervaart, dan ben of ervaar je dus het tegenovergestelde = ongelukkig. En dat levert dan weer negatieve gedachten en emoties op. Omdat negatieve gedachten en emoties pijnlijk zijn, beweeg je je dus automatisch van de pijn af in de richting van wat geluk of gelukkig zijn, voor jou zou moeten zijn.
Als je geluk niet aantrekt door ernaar te streven, hoe kunnen we ons dan wel gelukkig voelen? Ik heb er wel wat ideeën over. De komende voorbeelden helpen je sowieso om je beter te voelen en hoe je jezelf daarin traint.
Duidelijk is dat het gaat om momenten. Momenten van je gevoel. Voel je je rot, dan zou je kunnen kiezen en jezelf trainen om ineens iets anders te gaan doen. Naar buiten gaan. Gaan slapen. Kies voor nieuwe of betere gedachten. Als je kan mediteren, mediteer. Kan je dat niet, leer mediteren.
Door deze voorbeelden van handelingen, kun je je gedachten of je gedachtenstroom stopzetten. En dan ben je sowieso niet bezig met het streven naar iets. Dus ook niet naar geluk. Dan is alles zoals het is. En kun je van binnen voelen, daar bij je hart en bij je buik. Je kan naar je ademhaling luisteren. Of naar het geluid van een vogel.
Als je je met aandacht naar binnen richt en heel stil kan zijn, dan kan dat je een heerlijk mooi gevoel opleveren. Sowieso veel beter dan daarvóór.